Folklore

Je hebt het woord folklore misschien al eens horen vallen. Indien dit niet het geval is, moet je zeker niet panikeren, dit zal ongetwijfeld nog gebeuren. Nu, wat voor een beest is dat, folklore? De folklore en de studentikoziteit aan de VUB kennen een rijke geschiedenis. De tradities van de studentendopen, de kringen en de Saint-Vé-stoet hebben een tweeledige oorsprong.

Aan de ene kant is er de algemene studententraditie, die met het ontstaan van de universiteiten in de late middeleeuwen vorm kreeg. Vanaf de twaalfde eeuw trokken studenten heel Europa rond om op verschillende plaatsen te studeren. Ver van huis zochten deze studenten landgenoten op om samen de vrije uren (plezant) door te komen. Men kan deze voorloper van de huidige studentenkringen best omschrijven als een soort vriendenkring van studenten die samen kwamen om liederen te zingen tussen het schuimende bier en de rijkelijk vloeiende wijn.

Stilaan ontstaat er een bestuur van ‘anciens’ die de nieuwkomers, de ‘schachten’, ontvangen. Deze laatsten worden dan na verloop van tijd ritueel ingewijd. Hierdoor worden deze nieuwkomers uit hun beschermd milieu gehaald en wordt het sociaal contact bevorderd.

Samen met het ontstaan van de steden en de opkomst van de burgerij ontstaat een ander fenomeen, nl. de ‘zottenfeesten’. Deze feesten kunnen aanzien worden als de voorloper van de huidige St-Vé-stoet en zijn het best te vergelijken met een soort carnaval waar de maatschappelijke hiërarchie omgedraaid wordt en volledig in het belachelijke wordt getrokken. Verschillende maatschappelijke thema’s worden aangekaart en bekritiseerd. Deze feesten zijn een gezellige decadente bedoening waar de hele stad aan mee doet. De wagenstoet rijdt tijdens dit carnaval van de rijke bovenstad naar de arme benedenstad. Een traditie die nog altijd in ere wordt gehouden met de afdaling van de Zavel naar de Beurs.

De tweede pijler voor de studentikoze traditie stoelt op de vrijzinnigheid, een principe dat door onze Alma Mater hoog in het vaandel wordt gedragen. In bovenstaande context bedoelt men hiermee de reformatie. Deze ontstaat als kritiek op het katholicisme en pleit voor o.a. een kritische interpretatie van de bijbel. De emancipatiestrijd tegen de Spaanse katholieke bezetter speelt hier dan ook een belangrijke rol in. De opstandelingen in de Nederlanden werden uitgemaakt voor geuzen, een scheldnaam die nu fier gedragen wordt. De vlag van de VUB herinnert ons hieraan: het oranje, blanje, bleu (de kleuren van de prinsenvlag) met daarin de bedelzak (verwijst naar het eedverbond der edelen). De VUB is dan ook niet anti-geloofsgericht, maar wel tegen de overheersing van dogma’s.

De doop

De doop heeft ook een tweeledige oorsprong. Ze is enerzijds een parodie op haar naamgenoot in de christelijke traditie, en anderzijds een symbool voor de verwelkoming van een nieuweling in een bepaald milieu. De student wordt ‘herboren’ binnen zijn/haar kring en wordt als een gelijke opgenomen in haar midden. Het solidariteitsgevoel wordt zeer sterk benadrukt.

De doopperiode aan de VUB is ook een tikkeltje anders dan die van andere (inferieure) universiteiten. De periode voorafgaand aan de doop wordt de doopperiode genoemd en wordt gekenmerkt door verschillende activiteiten. Tijdens deze activiteiten leren de schachten elkaar beter kennen en wordt er een band tussen hen gesmeed. Hierbij leren ze ook het bestuur beter kennen, omgekeerd is dit uiteraard ook het geval.

We willen toch graag enkele ‘mythes’ ontkrachten, er zijn namelijk enkele regels verbonden aan de dopen:

  • Het is niet de bedoeling iemand te vernederen en zeker niet om iemand persoonlijk te viseren.
  • Schachten worden nooit gedwongen om zaken te doen die hij/zij niet willen.
  • Het bestuur en de schachten zijn nuchter, zie volgend puntje.
  • De veiligheid en het amusement van de schachten primeert boven alles.

Het principte van het Vrij Onderzoek

 Het denken mag zich nooit onderwerpen,
noch aan een dogma,
noch aan een partij,
noch aan een hartstocht,
noch aan het belang,
noch aan een vooroordeel,
noch aan om ‘t even wat,
maar uitsluitend aan de feiten zelf,
want zich onderwerpen betekent
het einde
van alle denken.
– Henri Poincaré (1854 – 1901)

De methode van het Vrij Onderzoek veronderstelt dat elk probleem van wetenschappelijke, morele, socio-economische of welke aard dan ook, onderzocht wordt op een vrije manier zonder tussenkomst van autoriteit, dogma of om het even welk vooroordeel. De VUB en haar moederuniversiteit de ULB baseren hun onderwijs en wetenschappelijk onderzoek op deze methode – en dit sinds 1834. De waarde van het Vrij Onderzoek overstijgt volgens de VUB-student de louter universitaire methodologie, zij dient ook toegepast te worden in het dagelijkse leven. De LWK staat volledig achter dit principe en haar leden dragen dit dan ook uit in het alledaagse leven.

Voor de verdwaalde kaloten: god is dood.

À B4S L4 C4LOTTE!!!!